'Heb je gemerkt dat je man uit bed ging vannacht?'

Commissaris Van der Velden

Wat vooraf ging

Alida de Jong is om het leven gebracht met een broodmes uit het huis van juffrouw Kuiper. De politie tast nog steeds in het duister over wie dat gedaan kan hebben. Sien, die met haar man Barend in het burgemeestershuis werkt, gaat op een nacht achter haar echtgenoot aan. Ze ontdekt dat hij een afspraakje heeft met een vrouw.

'Mijn beste Sien. Ik zal maar Sien zeggen. Ik weet dat het een moeilijk moment is, maar je moet toch proberen om antwoord te geven op een paar vragen. Heb je gemerkt dat je man uit bed ging vannacht? Sien, kun je je nog herinneren dat Barend uit bed stapte?'
Sien zat aan de keukentafel en staarde voor zich uit. Commissaris Van der Velden stond in de keuken en keek neer op het hoopje mens dat verdwaasd voor zich uit keek. Hier zat iemand die totaal onbereikbaar was voor hem. Zelfs met zijn hulpje Leo was niets te beginnen. Die staarde, al even verdwaasd, uit het keukenraam. De commissaris had al eerder gemerkt dat Leo liever in de keuken zat bij de gezellige kokkin Clara dan dat hij behulpzaam was bij het oplossen van de moord op Alida de Jong. Hij vond het allemaal uiterst vervelend.

Er was verder was er niemand in de keuken. Van der Velden schudde een onbehaaglijk gevoel van zich af. Normaal gesproken was dit het warme hart van het huis. Nu stond er niets op het vuur te pruttelen, was er geen gezang van de meid met het houten kistje op haar schoot aardappels schilde en was er geen kokkie Clara die in de soep roerde.
Kokkie Clara, die leuke struise meid, was vannacht dood gevonden op het vrijersbankje op de Merwekade. Ze zat tegen Barend aan die eveneens het leven had gelaten, zijn arm nog om haar heen. Bij beiden was de schedel ingeslagen. Als je niet beter wist, leek het een verliefd stelletje dat op een bankje zat en uitkeek over het drierivierenpunt. Maar als je dichterbij kwam keek je in de verstarde blik van Barend en had Clara een dikke streep geronnen bloed op haar zomerjurk. Een voorbijganger had ze bij het ochtendgloren opgemerkt toen hij goedemorgen zei en geen antwoord kreeg.

Het nieuws sloeg in als een bom, niet in de laatste plaats in het burgemeestershuis. Nog een moord, twee tegelijk nog wel.
Commissaris Van der Velden, die nog bij de burgmeester logeerde vanwege het oplossen van de moord op Alida de Jong, probeerde inzicht te krijgen in de materie.
Kokkie Clara was een leuke vrouw van veertig. Niet getrouwd, geen verloofde of vrijer maar dat scheen haar niet te deren. De altijd opgewekte kokkin deed haar werk met plezier, kon met iedereen goed overweg en werd door de vrouw des huizes op handen gedragen.
Ook Barend was al jaren als knecht werkzaam in het burgemeestershuis. Hij was over de zestig maar dacht geen moment na over een eventueel pensioen. Hij zei altijd dat hij het liefste voor altijd de burgemeester wilde blijven dienen. Hij chauffeerde de burgemeester overal heen en dat deed hij met trots. De vrouw van de burgemeester had destijds de kleermaker opdracht gegeven om een uniform te maken dat Barend bij officiële gelegenheden aan kon trekken. Met de pet strak op zijn hoofd en de laarzen gepoetst leek Barend dan wel een militair.
Als hij niet hoefde te rijden, zette hij de auto in de was tot die glom. In het burgemeestershuis deed hij klusjes en poetste hij de schoenen van de burgemeester. Hij repareerde kleine gebreken, ruimde de schuur op en onderhield de tuin. Voor het grote tuinwerk kwam een hovenier. En hoewel Barends vrouw Sien niet de makkelijkste was, leken ze een goed huwelijk te hebben. Sien was een beetje bazig over haar man, maar vooruit, zulke vrouwen zijn er toch in heel veel huwelijken? Toch was hier misschien wel meer aan de hand.
De huisknecht die dood wordt gevonden met zijn arm om de kokkin heen, leek niet echt een voorbeeld van het ideale huwelijk. En nu moest hij, Van der Velden, proberen om een zinnig woord te krijgen uit de echtgenote. Hij keek nog eens naar Sien en was bang dat hij haar vandaag niet aan het praten zou krijgen. 'Beste Sien, ik hoop dat je verstandig genoeg bent om mij in vertrouwen te nemen. Je kan met mij gerust over deze dingen praten. Probeer nu goed na te denken. Heb je vannacht je man uit bed horen gaan?'
Eindelijk hief Sien haar hoofd. Het gezicht van de commissaris stond strak van de spanning. Sien keek hem recht in de ogen en zei: 'Nee, ik heb niets gemerkt.'

Volgende week deel 8 (slot)